Verkeerstoren vliegveld Eelde wordt overgenomen door Schiphol

Dit najaar gaan luchtverkeersleiders van Schiphol het vliegverkeer vanaf vliegveld Eelde (Groningen) meermaals afhandelen vanuit Schiphol-Oost. Dit is een proef om te kijken of het vliegverkeer vanaf Eelde efficiënter kan worden georganiseerd en mogelijk kostenbesparend.

Op het vliegveld in Groningen is reeds een mast geplaatst met beweegbare en vaste camera’s. Deze mast bevindt zich op het dak van de verkeerstoren. Daarnaast zijn de voorbereidingen op Schiphol-Oost ook in volle gang. Er is een operationele werkruimte ingericht in het verkeersleidingscentrum. Er is een grote video-wall aanwezig waarop luchtverkeersleiders van Schiphol de omgeving en het vliegveld van Eelde even goed kunnen zien als hun collega’s vanaf de verkeerstoren in Groningen. Althans, dit is de opzet. Proeven moeten uitwijzen of het systeem daadwerkelijk zal werken. Het systeem zal de komende maanden worden getest en de medewerkers zullen worden getraind. De verkeerstoren van Eelde zal tijdens de proef bemand blijven. Hierdoor kan de controle over het vliegverkeer van Eelde eventueel worden overgenomen door de aanwezige verkeersleiders.

Proef

Dave Vrielink, projectleider van Luchtverkeersleiding Nederland, noemt dat er naast camera’s ook andere apparatuur wordt geïnstalleerd in het verkeersleidingscentrum op Schiphol-Oost. Zo kunnen alle taken worden uitgevoerd die de verkeersleiders van vliegveld Eelde normaal gesproken in hun conventionele toren verrichten.

Vrielink noemt dat de proef uit moet wijzen of de luchtverkeersleiding op hetzelfde niveau zal blijven na overname van de verkeersleiding van vliegveld Eelde door Schiphol. Na de proef zal blijken of Schiphol, het middelgrote en complexe vliegveld op afstand, capabel genoeg is om het vliegverkeer vanaf vliegveld Eelde op juiste wijze te organiseren. Het nieuwe systeem zal mogelijk kostenverlagend werken en bijdragen aan een efficiëntere werkwijze.

Na de proef zullen de camera’s weer weg worden gehaald uit het verkeersleidingscentrum op Schiphol-Oost. Een definitieve overname van het vliegverkeer is namelijk nog niet aan de orde. De projectleider van het LNVL wil namelijk eerst de mogelijkheden weten met betrekking tot de toepassingen. De eventuele invoering van het systeem vraagt ook om een nieuwe regelgeving. De EASA, de Europese Luchtvaartagentschap, is daarom net zo nieuwsgierig als de Luchtverkeersleiding Nederland.

Cameramast op verkeerstoren Eelde

Vrielink heeft in Sundsvall (Zweden) reeds de werking van het systeem mogen aanschouwen. De verkeersleiders van vliegveld Sundsvall laten vliegtuigen starten en landen op een vliegveld dat zo’n 150 kilometer verderop ligt. Dit wordt gedaan vanaf een virtuele toren.

De krachtige zoomcamera laat een verrekijker overbodig worden. Een verkeersleider kan met behulp van de zoomcamera namelijk 360 graden om zich heen kijken. Het apparaat kan verder inzoomen dan het menselijk oog. Details worden door de camera duidelijk zichtbaar. Helaas is het apparaat niet verplaatsbaar, waardoor je bijvoorbeeld niet even over een dakrand kunt turen. Toch kun je een cameramast eenvoudiger verplaatsen dan een grote toren.

Volgens Vrielink werkt het systeem goed op rustige vliegvelden, velden met slechts twee aanvlieg-routes en enkele vluchten per dag. Zweden heeft veel van deze ‘rustige vliegvelden’. Op deze vliegvelden hebben ze daarom, met betrekking tot het nieuwe systeem, nog geen ervaring met verschillende aanvliegroutes en meerdere soorten luchtverkeer zoals op vliegveld Eelde wel het geval is. De grenzen van het systeem worden in Zweden niet opgezocht. De proef is daarom gericht op het onderzoeken van de grenzen van het systeem. Er wordt gekeken of twee vliegvelden tegelijkertijd kunnen worden bediend op afstand. Het vliegverkeer in Eelde wordt live gedaan en op een video-wall wordt het luchtverkeer in Maastricht gesimuleerd.

Zweedse vliegtuigfabrikant

Luchtverkeersleiding Nederland least de benodigde apparatuur van de Zweedse vliegtuigfabrikant ‘Saab’. Dit doet de LVNL samen met Duitsland en Zweden, haar zusterorganisaties. Volgens Vrielink is het systeem van Saab het verst in zijn ontwikkeling. Verder wordt nauw samen gewerkt met vliegveld Eelde en het Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum. Deze twee partijen zijn even enthousiast.

Vanuit Leipzig wordt een soortgelijk systeem getest op het vliegveld van Saarbrücken (Oostenrijk).